Het midden van niets

Geplaatst op

We rijden na ons bezoek aan de westkust via de Bullers Gorge, de ‘Pancake rocks’ en de plaats Murchison naar het noorden. Het landschap in de gorge doet ons een beetje aan de Auvergne in Frankrijk denken. Dat valt overigens vaker op, dat een bepaald soort landschap lijkt op iets uit Europa. Nieuw-Zeeland is in afstand niet zo breed, en al gauw belanden we aan de noord-westkust. We rijden via Motueka het Abel Tasman nationaal park binnen en zoeken een kampeerplek in de eenzame Canaan vallei. Te bereiken via een gravelroad van elf kilometer. Het is soms even stressen, want de weg is smal, het ravijn regelmatig diep en de bochten niet altijd overzichtelijk. Maar we komen niemand tegen en de weg leidt naar een prachtige plek, letterlijk in het midden van niets. Nou ja, in het midden van mooie bossen en heuvels. Ook hier bevond zich een filmlocatie voor de Lord of the Rings film. Aldert waant zich onmiddellijk aan de rand van het Oude Woud. Het bos doet trouwens echt oud aan, merken we als we er een mooie wandeling maken. Het is er donker en het lijkt op bepaalde plekken bijna versteend. Steeds dieper dwalen we het woud in. Bizarre rotsformaties versperren soms de weg, waardoor er geklauterd moet worden. Ook zien we vele soorten paddenstoelen. De wandeling eindigt bij een uitzichtpunt, waarvoor we een stukje flink omhoog moeten klimmen over puntige rotsen. De beloning is de blik in een ander dal, zo te zien met nog veel meer bos. Maar de namiddagzon zet het geheel in een prachtige gloed. Terug op onze kampeerplek is de zon verdwenen. Het wordt snel koud. Met mutsen op en fleece aan houden we ons warm. Boven ons zien we een geweldige sterrenhemel. Het Zuiderkruis staat er mooi bij. Het is doodstil.

Tekst loopt door onder gallery

De volgende morgen is het wederom stralend weer. We rijden nog een stukje verder noordwaarts, totdat we niet verder meer kunnen. Pillar Point is het noordelijkste punt op het Zuidereiland. De weg er naartoe wordt steeds stiller en steeds smaller, het laatste stukje gaat over gravel. Vanaf iets dat op een parkeerplaats lijkt, wandelen we in een klein half uur omhoog naar een vuurtoren. We hebben een prachtig uitzicht over de noordkaap, die Farewell Point wordt genoemd, refererend naar de woorden die James Cook ooit sprak toen hij Nieuw-Zeeland voor het eerst verliet. Het is een indrukwekkend gezicht. We zien de Tasman zee vanuit het westen om de noordpunt draaien. In de verte ontwaren we de contouren van het Noordereiland, waar we over een paar dagen naar toe gaan. Vanavond kamperen we aan zee. Een van de voordelen van Nieuw-Zeeland. Zo ben je in de bergen, dan weer midden in het bos en als je even niet oplet, sta je zo weer op het strand. Jammer genoeg is het water veel te koud om in te zwemmen. Maar dat mag de pret niet drukken, want we hebben zowel de camping als het strand helemaal voor ons alleen.