Een vleugje China

Geplaatst op

We nemen een gedeelde taxi naar Mongla, een rit van twee en een half uur door een prachtig, bergachtig landschap. Ook op dit traject zien we vrijwel geen auto’s op de weg. Zo nu en dan passeren we een brommer of een andere gedeelde taxi. De weg stijgt met slingers omhoog tot een soort pas. Daar ligt geheel van alles verlaten een dorp van lemen huizen met rieten daken. De weg daalt weer naar beneden, maar het bergachtig landschap blijft. Het zijn de verre uitlopers van de Himalaya. Mongla ligt tegen de grens met China geplakt, men spreekt er vrijwel uitsluitend Chinees en er kan alleen met Chinese yuan worden betaald. Vreemd genoeg moeten we bij een toegangspoort, enkele kilometers voordat we Mongla bereiken, entreegeld betalen. Later horen we dat Mongla Special Region Number 4 wordt genoemd. Er zijn zelfs speciale nummerborden, beginnend met SR4, wat opvallend is, want de overige nummerborden die we in Myanmar hebben gezien, zijn allemaal in het Birmees. Ofwel, onbegrijpelijke kringeltekens. De entree fee zal wel een soort verkapt visum zijn. De chauffeur zet ons af bij de taxistandplaats en wijst naar een straat.
‘Hotel’, zegt hij.
Het is zo ongeveer het enige Engelstalige woord dat we hier horen.

Er zijn nogal wat hotels in de bewuste straat. Mongla was ooit een casino paradijs, maar de casino’s zijn gesloten. Daardoor zijn de prijzen van de hotels dramatisch gedaald. Bij het eerste adres dat we proberen realiseren we ons meteen weer hoe het is om in China te zijn. Wij begrijpen het meisje achter de balie niet en zij ons niet. Ja, dat we een kamer willen is duidelijk. Maar de prijs die ze op een rekenmachine intikt, komt bepaald niet overeen met de prijs op het bord achter de receptie. Na veel gebarentaal en gezucht proberen we het naastgelegen hotel. Die beweren vol te zijn. Of dat echt zo is, weten we niet, maar de uitdrukking Meiyou (ofwel ‘don’t have’) kennen we nog wel. Weer een pand verderop lukt het wel, met dank aan een Chinees die een paar woorden Engels spreekt. Het maakt allemaal niet zo veel uit, de kwaliteit van de kamers is vrijwel overal hetzelfde. Het hotel blijkt een onvervalste hoerenkast. Regelmatig worden er visitekaartjes met telefoonnummers en afbeeldingen van schaars geklede Chinese dames onder onze deur geschoven. Nog een dagje langer blijven en we zouden een heus kwartetspel hebben verzameld. Op een gegeven moment wordt er op onze deur geklopt. Als we opendoen, ziet het Chinese meisje in dat ze een verkeerd kamernummer heeft doorgekregen en loopt giechelend weg. Het mag onze pret niet drukken. De kamer is spotgoedkoop en van alle gemakken voorzien. In Mongla wanen we ons volledig in China. Overal zijn Chinese opschriften, Chinese nummerborden, Chinees gerochel en Chinees eten. Dat laatste is groot feest. Er is een grote overdekte markt met een enorme hoeveelheid eetstalletjes. We eten noodles, ons favoriete ei-tomaat gerecht, een kip dat later een varken blijkt te zijn en we drinken goedkoop Chinees bier. Bepaald geen straf en met die lekkere zachte hotelbedden is het daarna goed slapen.