Highway naar Nepal

Geplaatst op

Lhasa – Gyantse

Ik irriteer me aan een westerling die wel erg lang met een hele grote camera het beeld op de bovenste verdieping ‘bezet’ houdt. Het blijkt een team van RTL Travel te zijn, dat een programma over Tibet aan het maken is. Els is enigszins teleurgesteld dat de presentator niet Chris Zegers is, maar Roeland Fernhout.

Vandaag vertrekken we uit Lhasa op weg naar Kathmandu in Nepal. We hebben om 8.00 uur met onze chauffeur Lakpa afgesproken bij restaurant Dunya. Hier hebben we de afgelopen dagen heel wat tijd doorgebracht. Na bijna vier maanden onderweg te zijn, was het prettig om weer eens ouderwets aan een (Nederlands gerunde) bar te hangen. Maar vandaag is het afgelopen met de relatieve luxe, we stappen weer in de jeep voor een vijfdaagse tocht naar Kathmandu in Nepal. Lakpa is stipt op tijd en enkele minuten later arriveren ook onze reisgenoten John en Ruth uit Engeland. Het is nog stil op straat, het leven in Lhasa komt elke morgen pas langzaam op gang. De hemel is onbewolkt en het belooft een mooie dag te worden. Maar het is nog vroeg, een prettige vrieskou hangt in de lucht. We rijden westwaarts de stad uit en werpen een laatste blik op het magnifieke Potala Paleis. De eerste pelgrims storten zich alweer ter aarde. Wat hebben deze mensen de afgelopen twee weken een indruk op ons gemaakt. We kijken er nog een keer in stilte naar. Lakpa heeft er geen oog voor en zet er flink de vaart in. Hij lijkt ons een sympathieke man en de eerste indruk is dat hij een goede chauffeur is. Het duurt even voordat we de stad uit zijn. Buiten het oude Tibetaanse hart is Lhasa een grote Chinese enclave. Maar zodra we de laatste bebouwing achter ons hebben gelaten, ontvouwt zich wederom het prachtige Tibetaanse landschap. Hoge bruine bergen omsluiten de vallei.

De weg is perfect. Dit is een hele andere beleving dan de tocht die we naar Lhasa hebben gemaakt. Daarbij lijkt deze jeep (een Toyota Land Cruiser 4500) wat ruimer dan de auto die we eerst hadden. Onze bagage kan gewoon achterin in plaats van op het dak. Bovendien hebben we geen gids, dus dat scheelt een plek in de auto. We rijden een uur stevig door en dan stopt Lakpa ongevraagd bij een mooi uitzichtpunt in de vallei. Goed teken! De bergen rondom ons kleuren in de ochtendzon. Het is nog steeds fris, maar lekker. We rijden weer verder en verlaten de hoofdweg voor een anderhalf uur durende klim naar een 4800 meter hoge pas, waar zich het uitzichtpunt boven het beroemde Yamdrok meer bevindt. Gelukkig is ook deze weg geasfalteerd. Jammer genoeg is het te merken dat de route door veel meer mensen wordt gereden dan de route naar Lhasa, want op de pas hebben zich enkele commercieel ingestelde Tibetanen genesteld. Ze hebben yaks bij zich waar je voor veel geld op mag gaan zitten. Dat hebben we nog niet eerder meegemaakt. Ze zijn irritant opdringerig en we negeren ze dan ook volledig. We concentreren ons op het meer, dat diep beneden ons azuurblauw ligt te glinsteren. In de verte een hoge besneeuwde top.

De route gaat verder over de nog steeds perfect geasfalteerde weg. We passeren een checkpoint, maar naar onze (niet bestaande) permit wordt gelukkig niet gevraagd. Rond 12.00 uur houden we een lunchstop. Tweede verrassing vandaag: een English menu! Erg prettig natuurlijk, maar we realiseren ons door dit soort dingen steeds meer hoe bijzonder de trip naar Lhasa is geweest. Weer gaat het verder. Nog steeds door een lange vallei, omzoomd door kale, bruine bergen. Geen bomen hier, het is onbewoond. Op de weg rijden jeeps, vrachtwagens en soms een andere personen auto. Langs de weg veel koeien, schapen en yaks. Er volgt weer een checkpoint. Het blijkt dat Lakpa een bonnetje moet laten zien van de vorige controle. Daarop staat de passeertijd vermeld, en kennelijk mag hij dit tweede punt niet voor een bepaald tijdstip passeren. Dat verklaart waarom hij het laatste uur wat langzamer reed. Het uitzicht wordt weidser en we rijden langs een brede rivierbedding. We zien zo nu en dan een dorp met grijze huizen. Dan, bij een volgend dorp, verlaat Lakpa plotseling de hoofdweg. We rijden dwars over een zandspoor dat eerst nergens heen lijkt te gaan, maar gaandeweg toch een soort weg blijkt te zijn. Het is een afsteek route naar Gyantse, onze bestemming voor vandaag. Wel vol kuilen en hobbels, maar dat lijkt Lakpa niet te deren. Met een gemiddelde van 60 kilometer per uur trotseert hij het wegdek. Het lijkt wel Parijs-Dakar. Nadat we nog een dorpje hebben gepasseerd komen we in een woestijnachtige omgeving. De auto veroorzaakt een grote stofwolk. Je zou je hier zo in Afghanistan kunnen wanen, compleet met echte woestijndorpen. We passeren twee keer een bus, waaruit we concluderen dat deze route kennelijk een gebruikelijke is. Ergens halverwege maken we een fotostop. De stilte rondom ons is volledig en de zon brandt hevig op het zand.

Vrij onverwacht komen we een uur later weer op een geasfalteerde weg terecht, die vanuit Shigatse naar Gyantse gaat. Het is nu niet ver meer en rond vier uur in de middag bereiken we Gyantse, dat op 3900 meter ligt. De eerste indruk is teleurstellend. Volgens de Lonely Planet zou dit een van de meest onaangetaste plaatsen in Tibet moeten zijn, maar daarvan is in de hoofdstraat niet veel te merken. Veel gebouwen van Chinese makelij. We checken in het Jian Zang Hotel in. Ruth, die een beetje Chinees spreekt, troggelt nog wat van de prijs af. Er wordt warm water beloofd tussen 7 en 11 uur vanavond, dus dat is alweer een meevaller. De kamer is basic, maar het kan slechter. We drinken een kop thee, laten de rit van vandaag even op ons inwerken en besluiten dan dat we nog tijd genoeg hebben om het lamaklooster van Gyantse te bezoeken. Eerst lopen we naar het oude gebouw dat op een hoge heuvel boven het stadje ligt en van alle kanten is te zien. Het blijkt echter het oude fort te zijn en dat wilden we nou net niet zien. Geen idee waar het klooster te vinden is, maar gelukkig biedt een Chinese gids die toevallig net met een groepje Spanjaarden het fort verlaat uitkomst. Na een wandeling van een kwartier bereiken we het Palcho lamaklooster. Nog voordat we binnen zijn, kijken we onze ogen al uit. Het ligt midden in het oude gedeelte van Gyantse, en inderdaad, dat is nog helemaal intact zoals het vroeger was. Onmiddellijk wanen we ons weer in de tijd dat de Dalai Lama nog gewoon in Tibet woonde. Op straat prachtige mensen en wederom die geweldig mooie, zwartgeblakerde kinderen. Het in 1418 gebouwde klooster ligt aan het einde van de oude stad tegen een heuvel (hoe kan het anders). Een Italiaanse Zwitser die we in de bar van restaurant Dunya hadden ontmoet en in Kathmandu woont, had ons op het hart gedrukt om vooral het klooster in Gyantse te bezoeken, omdat in een van de kapellen bij de hoofdtempel de allermooiste beelden van heel Tibet zouden staan. En hij heeft gelijk. Rondom het altaar staan enorme houten, zeer verfijnde beelden. Zoiets hebben we in Tibet nog niet eerder gezien. Zeker een kwartier lang bewonderen we ze in stilte.

Tekst loopt door onder gallery

Buiten de tempel bevindt zich de grootste stupa van Tibet. Ik wil er een foto van maken en irriteer me aan een westerling die wel heel erg lang met een hele grote camera het beeld op de bovenste verdieping ‘bezet’ houdt. Even later komen we ze tegen. Het blijkt een team van RTL Travel te zijn, dat een programma over Tibet aan het maken is. Els is enigszins teleurgesteld dat de presentator niet Chris Zegers is, maar Roeland Fernhout. We besluiten onmiddellijk om zelf ook een filmopname te maken. Dat kunnen wij toch zeker beter? We sluiten de dag af met een diner in het Yakhotel, dat een beetje tegenvalt. Maar het biertje smaakt prima. Om half tien vallen we, na een douche die pas warm wordt nadat we de manager van het hotel aan zijn jasje hebben getrokken, uitgeput in slaap. Het is weer even wennen aan het reisritme.

(NB: de opname van Roeland Fernhout die heen en weer loopt, is van een dag later)