De zomer van 2005 is een slechte, juli en augustus waren bedroevend. Maar nu, op de valreep van de herfst, is het lekker weer. We stappen vanochtend op de fiets naar de Hortus. Een bleek zonnetje begeleidt ons door het Vondelpark en langs de grachten. Amsterdam is mooi aan het begin van de herfst. En stil nog, op zaterdagochtend. We bezoeken een diashow over Thailand, Vietnam, Laos en Cambodja. Georganiseerd door een reisorganisatie, en het leert ons meteen iets belangrijks: hoe we onze reis ook gaan organiseren, niet met een reisorganisatie en bijbehorend reisgezelschap. We hebben inmiddels al veel uitgezocht over het begin van de trip. Het idee is om eerst met de trein naar Moskou te reizen, en daarna met de Transsiberië Express naar Peking te gaan, met tussenstops in Irkutsk en Oelan Batar, de hoofdstad van Mongolië. Daarna van Peking door China naar de Zuid-Chinese stad Chengdu, dan vliegen naar Lhasa, de hoofdstad van Tibet en vervolgens over land naar Nepal. Na Nepal volgt India, Thailand, Vietnam, en tegen die tijd zijn we al vele maanden onderweg. We gaan samen op reis. Geen plaats voor andere reizigers dus, behalve dan misschien toevallige passanten of enthousiaste vrienden of familie die ons per se in den vreemde op willen zoeken.