Een Birmees paspoort

Geplaatst op

De grenspassage van Thailand naar Myanmar verloopt eenvoudig. Vanaf ons guesthouse is het een ruime tien minuten lopen naar de grenspost. Na het exit stempel van de Thaise douane wandelen we over de brug naar de overzijde van de rivier. ‘Union of Myanmar’, lezen we op een blauw gekleurde arcade boven de weg. We melden ons bij de immigratie. Een militair verwijst ons eerst naar de balie van de tourist information. Deze grensovergang is een bijzondere. Je kunt hier zonder visum het land betreden. In plaats daarvan krijg je een permit om gedurende maximaal veertien dagen een aantal plaatsen in de oostelijke Shan provincie te bezoeken. Kosten zijn slechts tien dollar per persoon. Verder het land in reizen is verboden en om dat zeker te stellen neemt de douane je paspoort in. Zodra je via deze grensovergang het land weer verlaat, krijg je het paspoort terug. De formaliteiten gaan verrassend snel. De meneer van het toeristenbureau vult een aantal formulieren in en neemt ons daarna mee terug naar de immigratie. Hier worden we op de foto gezet en krijgen we onze permit. De immigratie officier noemt het zelfs ons ‘Birmees paspoort’.

Na een klein kwartier wandelen we Tachileik binnen, dat aan de Myanmar zijde van de rivier ligt. De verschillen met Thailand zijn direct zichtbaar. Geen westers aandoende eetgelegenheden meer, veel minder auto’s en ’s avonds na een uur of acht is er vrijwel niemand meer op straat. De eetstalletjes sluiten vroeg. Tachileik kent een levendige grenshandel. Op de markt direct achter de immigratie is van alles te koop, van voedsel en kleding tot dvd’s, mobiele telefoons, viagra en sigaretten, dat alles tegen lage prijzen. Betalen kan hier nog in Thai baht. Hier en daar zien we een enkel bleekgezicht. Deze grensovergang wordt door westerlingen meestal alleen gebruikt voor een goedkope ‘visa run’. Even voor tien dollar de grens met Myanmar passeren en zodra je terug wandelt over de brug, wordt je Thaise visum weer met 30 dagen verlengd. Vreemd genoeg komt vrijwel niemand op het idee om van de gelegenheid gebruik te maken wat verder het land in te gaan. Voor de kosten hoef je het niet te laten, want of je nou een uur of veertien dagen blijft, een permit kost altijd tien dollar. Wij nemen onze intrek in een hotel, dat er nog verrassend goed uitziet, en verheugen ons op de dagen die komen gaan.