Dutch Deli

Geplaatst op

We zijn al ruim tien maanden op reis en Koninginnedag nadert. Een combinatie die vraagt om het nodige nationalisme. Nieuw-Zeeland blijkt daarvoor een goede locatie, al was het maar omdat in Nieuw-Zeeland elke vorm van oorspronkelijke cultuur lijkt te ontbreken. In enkele supermarkten ontdekten we zo nu en dan al iets van een Hollands schap; lang leve de emigranten uit de jaren ‘50. Hagelslag, Bolletje beschuit en Zaanse mayonaise reizen sindsdien mee in de campervan. De Nederlandse eigenaar van Dutch Deli in het dorpje Bulls maakt het echter helemaal bont. In 1976 vestigde hij zich hier en kennelijk heeft hij wat moeite om zich van zijn vaderland los te maken. We zijn de winkel nog niet binnen of hij zet André van Duin voor ons op. Dik voor Mekaar knalt door de zaak. Als we zeggen dat we meer gecharmeerd zijn van Johnny Jordaan blijkt dat ook geen enkel probleem te zijn. Amsterdam herinnert hij zich nog goed, al wordt duidelijk dat hij al een tijdje weg is als hij spreekt over de ‘nieuwe RAI’ en het Hoofddorpplein (ons oude buurtje) als het eindpunt van lijn 2. Overal om ons heen zien we klompen, tegeltjes van Delfts blauw en meer van dat soort zaken. Maar de non-food interesseert ons niet heel erg. In het food gedeelte van de winkel ontdekken we de producten waar we al enkele weken tevergeefs op jagen. Zoals Calvé pindakaas, Amsterdamse uien en King pepermunt. Een stukje Old Amsterdam kunnen we ook niet laten liggen. Dan zijn er vele producten die we niet per se hoeven aan te schaffen, maar waarvan ons hart wel sneller gaat kloppen. Wat te zeggen van poffertjesmix, Hollandse drop, Droste chocolade, rookworst, zuurkool, bokkepootjes, griotten, Douwe Egberts koffiefilters en krakelingen. Allemaal zomaar binnen handbereik. Ga ook maar eens maandenlang het kikkerlandje uit, heus, je mist dat soort dingen op het moment dat je ze weer ziet. Goed gehumeurd lopen we met een gevuld boodschappentasje weer naar buiten. Een paar minuten verderop is in het ‘Bulls Museum’ te zien hoe een ‘normale’ winkel in Nieuw-Zeeland er in de jaren ’50 uitzag. Dat pikken we ook meteen maar even mee. We zijn er nu toch, tenslotte.

Tekst loopt door onder gallery

Geconfronteerd met al het ‘Hollandsch Erfgoed’ in de Dutch Deli winkel hebben we in elk geval besloten dat we Koninginnedag moeten vieren. Bij de door een Nederlander gebouwde molen in de plaats Foxton ontdekken we een magazine voor geëmigreerde Nederlanders. Er blijken door de ambassade gratis borrels te worden georganiseerd. Dat spreekt ons uiteraard erg aan, al hebben we niets (oranje) om aan te trekken. Helaas is geen enkele receptie in de buurt. Wellington hebben we al achter ons gelaten en Auckland is nog te ver weg. Jammer, maar helaas. We weten ons altijd onmiddellijk aan de omstandigheden aan te passen en besluiten dat het vieren van K-dag ook weer niet heel erg noodzakelijk is. Dat voorkomt teleurstellingen. We zijn tenslotte niet in Amsterdam, dus het maken van het bekende rondje Vondelpark is er niet bij. Daarbij zijn we eigenlijk ook nog Republikein. Het heeft hier in Nieuw-Zeeland meer zin om je af te vragen wanneer Elizabeth jarig is, want dit land behoort tot het Britse Gemenebest. Er zit dan ook niets anders op dan ons met nog meer overgave dan anders tegoed te doen aan met dikke roomboter besmeerde beschuiten en boterhammen, bestrooid met hagelslag en Calvé pindakaas. Mergpijpjes begeleiden de koffie en de laatste stukjes oude kaas bewaren we voor bij de wijn. Leve de Hollandsche Export!