Een jaar op reis

Geplaatst op

Precies een jaar na ons vertrek uit Amsterdam nemen we in Bangkok een China Airlines vlucht, terug naar Amsterdam. Voor even, voor een tussenstop, want onze reis is gelukkig nog niet ten einde. Na een jaar op reis doet zich vooral het gemis aan familie en vrienden voelen. Nederland zelf, met het in alle opzichten kille klimaat, kunnen we nog steeds missen als kiespijn. Een pauze van vier weken kortom, waarna we met hernieuwde energie en hopelijk emotioneel bevredigd onze reis zullen hervatten. Via een andere route, naar andere landen. Nu is het, een jaar na vertrek, een mooi moment voor wat reflectie. Voor ons vertrek keken we regelmatig op de wereldbol die op onze keukentafel stond. De aarde leek groot, de landen abstract. Eenmaal op reis, blijkt de wereld helemaal niet zo groot. De wereld is eigenlijk zo klein als de plek waar je je op een gegeven moment bevindt. Dit lijkt een open deur, maar nadat we in een jaar tijd door achttien landen zijn gereisd, weten we dat het zo is. Als we nu naar de wereldkaart kijken dan zijn al die vreemde, verre plekken ineens omgetoverd in een realiteit die erg dichtbij is. Er horen gezichten bij, geuren, kleuren, smaken en geluiden. Alsof alle plekken waar we zijn geweest in onze vezels zijn blijven hangen.

Zelfstandig reizen is gemakkelijk. Het gaat als vanzelf en is eigenlijk nog veel makkelijker dan we vooraf hadden gedacht. We denken niet dat we ooit nog een georganiseerde reis gaan maken. Natuurlijk verschilt het per land, maar dat ligt dan vooral aan taalbarrières en de mate waarin mensen je willen helpen. Gelukkig gaat dat in de meeste landen waar we zijn geweest vrij goed. In Azië geldt dat je altijd moet blijven glimlachen en nooit je geduld verliezen (dat is voor een Aziaat hetzelfde als je gezicht verliezen). Alleen in India lukte het ons niet. Daar verloren we wel ons geduld, meer dan eens. Volhardend zijn moet je altijd, en soms koppig. Slim ook, een beetje logistiek inzicht kan bij het reizen geen kwaad. We hebben ons in dat opzicht regelmatig verbaasd over andere reizigers. Wat maken mensen soms toch vreemde keuzes. Een beetje logisch nadenken helpt ook een hoop ongemak voorkomen. Hoogtepunten zijn zonder twijfel Tibet en Cambodja. Tibet door het overweldigende landschap gecombineerd met een eeuwenoude cultuur die ons zeer aanspreekt. We hebben het gevoel (vooral door onze tocht over land van Zhongdian naar Lhasa) dat we nog iets van het echte Tibet hebben gezien. Ook rondom de Jokhang tempel in Lhasa is dat oorspronkelijke nog volop aanwezig. Tibet dringt door tot in de kleinste poriën, als je het tenminste toelaat. Cambodja heeft ons aangenaam verrast. Vooral door de mensen. Ze zijn niet alleen prachtig om te zien, maar ze hebben een ongekende veerkracht en zijn positief, wat gelet op het recente gruwelijke verleden bijna een wonder mag heten. Naar deze beide landen willen we graag nog een keer terug. Sinds kort zit Tibet jammer genoeg op slot (vanwege de opstanden die er zijn uitgebroken naar aanleiding van de Olympische Spelen in Beijing), hopelijk blijft het land niet te lang afgesloten van de buitenwereld.

Normvervaging. Komt vanzelf tijdens zo’n reis. Tibet was niet alleen een hoogtepunt op het gebied van cultuur en landschappen; ook de sanitaire voorzieningen vormden daar een hoogtepunt. Of dieptepunt, net zo je wilt. Na Tibet kunnen we alles op sanitair gebied eigenlijk wel aan. Er is weinig waar we nog vreemd van opkijken. Els denkt nog wel eens terug aan die eerste keer in een openbare wc in China. Bijna gillend en volledig bedekt door de buff kwam ze naar buiten gerend. Niet dat een herhaald bezoek aan die plek nu ineens prettig zou zijn, we kunnen wel stellen dat ons incasseringsvermogen enorm is toegenomen. Veel reizigers die Azië ‘doen’, nemen vaak Australië en Nieuw-Zeeland even mee. Wij deden dat ook. Vooraf hadden we het gepland, ergens halverwege de reis dachten we er alsnog niet heen te gaan, maar uiteindelijk toch weer wel. Op zich is het lekker als je even een westers intermezzo in je reis wilt hebben, maar wij vonden de overgang van Vietnam naar Nieuw-Zeeland wel erg groot. Daarbij komt dat het leven in een campervan nogal claustrofobisch en Spartaans is als je net negen maanden lang in Aziatische guesthouses hebt vertoefd. Het is natuurlijk maar net vanuit welk perspectief je ergens aan begint. Het heeft dan ook even geduurd voordat we eraan gewend waren. Daar komt bij dat landen als Australië en Nieuw-Zeeland weinig authentieke cultuur hebben. Vooral daarmee steken ze in vergelijking met veel Aziatische landen wat schril af. Nieuw-Zeeland is landschappelijk gezien wel een prachtig land, terwijl Australië met de Outback zeker een eigen signatuur heeft. Toch is vooral in Australië het beeld blijven hangen van bejaarden in te grote caravans en te veel irritante vliegen. Niettemin hebben we er geen spijt van. Het is een beetje zoals Carmiggelt ooit schreef:
‘Mijn vrouw is een mooi boek, maar ik heb het uit’.

Het reisboek daarentegen hebben wij nog lang niet uit. Na een jaar reizen voor korte tijd terugkeren naar Amsterdam doen we vooral om onze dierbaren weer even te zien. We voelen dat we een ‘definitieve’ terugkeer nu veel te vroeg zouden vinden. Het jaar is voorbij gevlogen, en er is nog zoveel te zien, zoveel te doen. Uitgereisd zijn we dus niet en gelukkig hebben we genoeg fondsen om het nog een tijdje zo vol te houden. We zijn wel benieuwd wat een maand Nederland met ons doet, maar we beseffen tegelijkertijd heel goed dat we ons in een luxepositie bevinden. Niet iedereen begint immers slechts enkele weken na terugkeer alweer met een nieuwe reis.